Carregue numa fotografia para ir para os Livros Google.
A carregar... Het Spaanse spook (1948)por Willy Vandersteen
Nenhum(a) A carregar...
Adira ao LibraryThing para descobrir se irá gostar deste livro. Ainda não há conversas na Discussão sobre este livro. Blauwe reeks De Blauwe reeks is een reeks Suske en Wiske-verhalen die Willy Vandersteen speciaal voor het weekblad Kuifje tekende en die later met een blauwe omslag zijn uitgegeven. In 1948 werd Vandersteen door Hergé, de bedenker van Kuifje, gevraagd om Suske en Wiske ook in het weekblad Kuifje te publiceren. De Nederlandstalige editie van het blad verkocht namelijk niet zo goed als de Franstalige, en daarom wilde Hergé de populairste Vlaamse striptekenaar aannemen. Vandersteen moest zijn tekenstijl wel grondig aanpassen en wat realistischer plots bedenken[1]. Deze verhalen werden na publicatie in het stripblad uitgegeven in de zogeheten Blauwe reeks (zo genoemd vanwege de helblauwe omslag ter onderscheiding van de Rode reeks). Hergé verlangde van Vandersteen dat de verhalen minder volks waren dan de verhalen die in de kranten De Standaard en Het Nieuwsblad verschenen. Als gevolg hiervan waren tante Sidonia, professor Barabas en Jerom niet in de verhalen aanwezig en Schanulleke komt alleen nog voor in het eerste verhaal (Het Spaanse spook), maar verdwijnt zonder reden. Suske en Wiske zijn in de verhalen van de blauwe reeks wat volwassener - zo heeft Wiske krulletjes als gevolg van een betovering in het eerste verhaal van de blauwe reeks - en was Lambik een stuk intelligenter en over het algemeen eigenlijk de held en hoofdpersoon. Deze verhalen worden vaak tot de beste Suske en Wiske-albums gerekend. Zo houdt de fansite Suske en Wiske op het WWW al sinds 1996 een hitparade van de beste strips bij, de top drie bestaat uit strips uit de blauwe reeks (De schat van Beersel, Het Spaanse spook en De bronzen sleutel).[2] In deze verhalen was geen plaats voor absurde figuren zoals Jerom, tante Sidonia en ook niet voor professor Barabas, omdat de teletijdmachine geen rol mocht spelen (in plaats daarvan worden Suske, Wiske en Lambik in De Tartaarse helm bijvoorbeeld door middel van hypnose naar het verleden gestuurd). Lambik bleef weliswaar voor lachwekkende situaties zorgen, maar werd toch iets minder dom en kreeg een gespierder uiterlijk. Ook verloor hij wat van zijn onhandigheid: zo blijkt hij soms opeens een begenadigd schermer, ufo-jager of duiker te zijn. Suske en Wiske kregen eveneens een anatomisch volmaakter lichaam. Wiskes kapsel werd ook letterlijk omgetoverd in het eerste verhaal (Het Spaanse spook). Haar karakteristieke staartje met rode strik dat ze steil bovenop haar hoofd draagt, werd vervangen door een knotje. Vandersteen zou acht verhalen tekenen voor het blad, maar kreeg nadien onenigheid met Hergé waarop de reeks werd gestopt. Het laatste verhaal uit de blauwe reeks, het Het gouden paard, verscheen niet eens in albumvorm in deze reeks. Pas jaren later (1970) verscheen het verhaal in verkorte vorm in de Rode reeks. In 1997 werd in de reeks 'Suske en Wiske klassiek' het verhaal zoals het tientallen jaren eerder in het weekblad Kuifje was verschenen alsnog integraal uitgegeven. Uitgaven Het Spaanse spook werd als eerste uitgegeven, met een tekening over de gehele voorpagina; niet zoals de andere verhalen met een blauwe omranding. Het verhaal Het geheim der gladiatoren werd oorspronkelijk in Kuifje gepubliceerd onder de titel Goud voor Rome. Het verhaal Het gouden paard verscheen ook in Kuifje in 1958-1959, maar werd pas als album in verkorte versie uitgegeven in 1969 in de Rode reeks als nummer 100; deze verscheen dus ook niet met een blauwe cover. De volledige versie verscheen pas in 1987 in een bibliofiele uitgave. Beide albums horen daarom officieel niet bij de blauwe reeks, maar worden desondanks wel altijd meegerekend. Van het laatste verhaal dat op stapel stond, De sonometer, resten alleen maar een paar schetsen. Door meningsverschillen tussen Hergé en Vandersteen hield de samenwerking tussen de twee grootheden van het beeldverhaal in 1959 op. De verhalen uit de blauwe reeks werden later in de vierkleurenreeks opgenomen; hiervoor werd de voor de blauwe reeks gewijzigde tekenstijl gedeeltelijk aan de rode reeks aangepast en werden de albums ingekort. Bron: Wikipedia sem críticas | adicionar uma crítica
Pertence a SérieBob e Bobbete (10) Suske en Wiske (150) Pertence à Série da EditoraGouden Collectie (3) Está contido em25 Jaar Suske en Wiske : een speciale feestuitgave waarin twee van de eerste verhalen met de oorspronkelijke tekeningen, in de originele kleuren, met de oorspronkelijke tekst; daaraan toegevoegd een bericht over het leven en het werk van Willy Vandersteen plus een poging tot volledige bibliografie van de Suske-en-Wiske verhalen por W. Vandersteen
Não foram encontradas descrições de bibliotecas. |
Current DiscussionsNenhum(a)Capas populares
Google Books — A carregar... GénerosSistema Decimal de Melvil (DDC)741.59493The arts Graphic arts and decorative arts Drawing & drawings Cartoons, Caricatures, Comics Collections European Other European Belgium & LuxembourgClassificação da Biblioteca do Congresso dos EUA (LCC)AvaliaçãoMédia:
É você?Torne-se num Autor LibraryThing. |
First published in 1948-1950, this was the 150th album in the long-running Suske en Wiske series, which is still going strong. It is justifiably regarded as one of the classics, the first of the Blue Albums printed in Kuifje, the Dutch language version of Hergé's Tintin magazine. Suske, Wiske and their friend Lambik investigate ghostly goings-on in the museum where Brueghel's Peasant Wedding is on display, and are approached by the shade of a Spanish nobleman who is doomed to wander the earth because he failed to deliver a royal command to prevent the Duke of Alba from bombarding the (fictional) town of Kriekenbeek during the Dutch Revolt. Suske, Wiske and Lambik are transported by the ghost's magic back to 1565 where they have numerous adventures with Brueghel, the Duke of Alba, and other historical and fictional personalities, including a thrilling chase round the battlements of Brussels town hall.
It's a little anachronistic, as the Duke of Alba did not come to the Low Countries until 1567. Also one has to wonder why the ghost himself, who has a comedy gold Spanish accent (unlike the other Spanish characters, whose speech is reported in normal Dutch) did not take care of delivering the letter in spectral form having failed to do so when alive. There's an odd sequence where we lose the three main characters and follow the mayor of Kriekenbeek for a number of pages. But basically it's a decent example of the Flemish storyteller, picking up on the themes of Prince Valiant but making them his own. ( )